Exmouth -> Broome

28 juli Exmouth -> Tom Price (568 km)
Na vertrek van de camping eerst tanken en daarna even bij de video/fotograaf de foto's en film van onze walvishaai-excursie gekocht. We laten de Indische oceaan nu even achter ons en rijden in hoofdzakelijk oosterlijke richting. Het is een flinke afstand vandaag. Nog even gestopt bij termietenheuvels. Tank/lunch-stop bij Nanutarra roadhouse.
Rond half 4 arriveren we in Tom Price. Eerst weer visitor center bezoeken waar we overnachting boeken voor morgenavond in het Karajini Eco Retreat. Nog gevraagd naar excursie naar de gigantische mijnen die hier liggen, maar het eerste beschikbare tijdstip is pas om 11 uur. Helaas, dan gaat de voorkeur toch naar het nationaal park. Daarna boodschappen doen in de plaatselijke supermarkt om de voorraden weer aan te vullen voor de komende dagen.
Onze camping ligt ietjes buiten Tom Price en we rijden daarvoor weer een stukje terug. We hebben een plek met een fraai uitzicht en 's avonds kunnen we weer gebruik maken van de campingkeuken om ons avondeten te bereiden.

29 juli Tom Price -> Karijnini NP (101 km)
Van de camping eerst naar Tom Price om te tanken (en voor de zekerheid ook maar een jerrycan gevuld). Vervolgens een klein stukje rijden naar het Karijini NP, met ruim 627000 hectare het op een na grootste nationale park van West-Australië. We rijden eerst naar Weano Gorge. Het asfalt maakt al snel plaats voor gravel. De gesteldheid van de weg varieert nogal; tijd om de 4WD te gebruiken.
Bij de Weano Gorge parkeren we onze campervan en dalen te voet af in de kloof voor een wandeling van een paar uur. Erg fraai. In de kloof is het ook aangenamer wandelen, omdat de temperatuur wat lager is. Richting het einde van de kloof kun je nog via een wat lastiger stukje naar de Handrail Pool. De kloof is op plaatsen erg smal en je moet soms over smalle richels manouvreren. Het allerlaatste stukje maak je gebruik van een Handrail oftewel leuning om af te dalen naar het water. Het kost wat moeite maar die wordt meer dan beloond; een idillisch meertje helemaal omgeven door hoge rotswanden. Prachtig.
Nadat we weer uit de kloof zijn, eerst ons lunchpakketje nuttigen. Daarna beginnen we aan de wandeling naar en in de Hancock kloof. Ook deze kloof is de moeite waard. Maar omdat we allebei geen zin hebben in natte schoenen en op bloten voeten verder glibberen ook niet aantrekkelijk lijkt keren we om bij de plek waar je door heen moet waden.
We rijden naar onze camping; het Karijini Eco Retreat. Wij hebben een normale kampeerplek (zonder stroom) maar je kunt hier (voor de nodige dollars) ook aan "glamping" (= glamorous camping) doen. Je krijgt dan een luxe tent met fatsoenlijk bed en eigen sanitaire voorzieningen.
Vanaf de camping is het een korte wandeling naar de Joffre Lookout en ietsjes verder, de Joffre Falls (alwaar Silvia ook even een frisse duik neemt).
Hoewel het "glamping" ons iets te ver gaat, maken we wel gebruik van de mogelijkheid om 's avonds te dineren. En dat smaakt prima (inclusief het biertje "Mountain Goat Fancy Pants" dat volgens het opschrift onder toezicht van geiten wordt gebrouwen ???? (tenzij Goats ook iets anders betekent hier)).

30 juli Karijini NP (90 km)
Vandaag rijden we eerst naar een ander gedeelte van het park; de Dales Gorge (kloof). Op aanraden van de medewerkster van het visitor center in Tom Price nemen we de omweg over (grotendeels) asfaltwegen. De route binnendoor is een stuk korter maar naar het schijnt doe je er net zo lang over vanwege de slechte staat van de gravelweg.
Rond kwart over 9 arriveren we bij het visitor center waar we wat informatie van dat deel van het park ophalen. Van daar is het nog een klein stukje rijden naar de camping. We kunnen meteen in de rij aansluiten; er staan al 9 auto's (meestal met caravan) te wachten om een plekje toegewezen te krijgen. Dit proces gaat nogal traaaaaag; we moeten bijna 5 kwartier wachten voordat we eindelijk aan de beurt zijn. Maar we hebben dan tenminste wel een plekje. Eenmaal de campervan op de ons toegewezen plek geparkeerd, gaat de dagrugzak om en gaan we aan de wandel. Het is wederom prachtig weer. Eerste stop is een uitzichtspunt van waar je een heel eind naar beneden de Circular Pool ziet liggen. Ietsje verder ligt een uitzichtspunt waar drie kloven bij elkaar komen; de Three Ways Lookout...
Hier dalen we af in de Dales Gorge en lopen door een werkelijk prachtige omgeving naar de Circular Pool. Even de omgeving op je in laten werken. Deze Circular Pool ligt aan een uiteinde van de kloof en we wandelen door de kloof naar het andere uiteinde. Onderweg veelvuldig stoppend om foto's te maken. Het "pad" is wat eenvoudiger dan gisteren, maar ook hier kun je zelden echt doorlopen. Niet erg, want het draagt bij aan de charme van deze kloof. Bijna op het eind komen we bij de Fortescue watervallen. Naar verluidt de enige waar altijd water valt. Geen grote hoeveelheden nu, maar wel mooi om te zien. Er zijn de nodige mensen verkoeling aan het zoeken. Wij lopen nog een stukje verder naar de Fern Pool, prachtig gelegen aan het andere uiteinde van de Dales kloof. En met watervalletjes, ook hier neemt Silvia een verfrissende duik.
Er hangen hier ook de nodige vleermuizen in de bomen. Soms vliegt er eentje een stukje en kun je zien dat het toch redelijk flinke examplaren zijn. Na even rustig van deze plek genoten te hebben lopen we via de Fortescue watervallen terug naar onze kampeerplek.
Er zijn op deze camping alleen wat toiletten. Geen campingkeuken, dus voor het eerst de maaltijd klaarmaken op onze buitenkeuken. Dat lukt best goed, al zeggen we het zelf :)

31 juli Karijini NP -> Port Hedland -> Sandfire Roadhouse (634 km)
We verlaten rond 8 uur de camping; er staan al mensen in de rij om een plekje te bemachtigen. Na een klein stukje rijden nog even naar een uitzichtspunt. Naar mate we verder rijden verandert het landschap; de heuvels/kleine bergen verdwijnen en het wordt weer wat vlakker. Verder vandaag vooral een reisdag. Het is goed opletten met de vele roadtrains op de weg; vrachtwagens met 3 of 3,5 oplegger (max 36,5 meter lang). Deze transporteren het ijzererts dat gewonnen wordt in de mijnen bij Tom Price (en Newman) naar Port Hedland. Zodra we dit stadje naderen is het net of je in een andere wereld rijdt; veel industrie en grote installaties. Vanuit Port Hedland gaat de ijzererts dan verder per schip, meestal naar China.
We arriveren rond het middaguur in Port Hedland voor de lunch. Ook nog even het visitor center bezoeken en we wandelen nog even door het stadje. Het is er opvallend rustig. De verklaring zien we als we stadje weer uitrijden; er zijn paardenraces en daar staat een massa auto's.
Omdat we zo goed zijn opgeschoten in de morgen besluiten we verder door te rijden naar het Sandfire Roadhouse met aanpalende kleine camping. Dat scheelt weer een stuk rijden morgen.
Als het langzaam donker wordt, verlaten honderden vleermuizen de bomen om op jacht te gaan naar voedsel. Indrukwekkend gezicht. Datzelfde geldt trouwens ook voor de prachtige sterrenhemel die je hier eigenlijk elke avond kunt zien.

1 augustus Sandfire Roadhouse -> Broome (318 km)
Bij het opstaan is de lucht weer strak blauw, maar er staat wel een zeer stevige wind. Die zorgt er ook voor dat er mini zandstormen over de highway gaan. Op een moment zien we net zo weinig als met zeer dichte mist. Gelukkig slechts een paar seconden, maar toch.
We arriveren al voor de middag in Broome. We hebben nog niets geboekt en rijden naar een camping van ons lijstje. Gelukkig hebben ze nog een aardig plekje voor 2 nachten. Tijd om wat wasjes te draaien voor de tweede helft van onze reis.
In de middag lopen we naar het centrum. We komen o.a. bij een oorlogsmonument ter nagedachtenis van o.a. de Nederlanders (zowel burgers als militairen) die zijn omgekomen bij de Japanse luchtaanvallen op Broome in maart 1942.
Het avondeten (en drinken) doen we bij de plaatselijke brouwerij Matso's.

2 augustus Broome (25 km)
Na een waardeloze nachtrust zijn we blij dat we vandaag niet verder hoeven te reizen. Of het nu ergens het eten en/of de waterkwaliteit is geweest weten we niet, maar we voelen ons allebei honds beroerd. Beetje uitslapen dus en nog een paar wasjes draaien. In de middag gaan we nog even naar de lokale Apollo agent omdat we toestemming moeten krijgen om met de campervan de Gibb River Road te gaan rijden. Dat is geen probleem; volgens de man die we gesproken hebben is de weg in goede staat. Even voor de niet ingewijden: de Gibb River Road (ofwel " The Gibb" of GRR) is een 660 km lange weg die hoofdzakelijk uit gravelstukken bestaat. Alleen in het begin zijn nog een paar stukjes geasfalteerd.
In Broome gaan we 's middags toch nog even naar Cable Beach (hier kwam vroeger de telegraafkabel vanuit Indonesië aan land). Naar het schijnt is dit 22 km lange strand een van de 5 meest beroemde stranden ter wereld. Daar kunnen wij ons wel iets bij voorstellen met het turquoise kleurige water en het witte zand.
Daarna naar de supermarkt om voor de komende reis over de GRR de nodige spullen in te slaan.